WakeZeist November 2021 – De situatie NU

Vorige week waren we met een aantal mensen van de Wakegroep bij een demonstratie voor de in Nederland geboren Ljowa. De school had deze voor hem georganiseerd. Hij loopt het risico uitgezet te worden naar Armenië, het land van zijn ouders, waar hij zelf nooit geweest is.

En het is nu dat Ljowa, en vergelijkbare families in het nieuws komen. Dit vloeit voort uit de kinderpardonregeling die begin 2018 is afgesloten. De regering heeft toen belooft om gezinnen zonder asielstatus, maar met een kind dat al vijf jaar in Nederland was, een vergunning te geven. Het aangevoerde argument was worteling. Een kind dat al zo lang onderdeel uitmaakt van de Nederlandse samenleving, de taal spreekt en vrienden heeft gemaakt, wordt onherstelbaar beschadigd als hij weggestuurd wordt.

Zo ruimhartig als ik het nu zeg was de regeling niet, er zijn meer voorwaarden. Gezinnen moeten een aanvraag doen. Als die geweigerd worden kunnen ze in beroep. Het gegeven oordeel kan aangevochten worden in de meervoudige kamer zowel door de families als de IND. Het eindoordeel geeft de Hoge Raad. Ondertussen zijn alle termijnen van deze zaken verstreken. Dus we weten nu hoe de regeling uiteindelijk uitwerkt.

Aan Ljowa is de vergunning geweigerd uiteindelijk dus door de Hoge Raad. Ik wil u toch lastig vallen met de juridische details. Dat kan even taai zijn. Wij delen namelijk met Ljowa in dezelfde rechtsstaat. Ik gebruik hierbij de documentatie van Martin Vegter van Defence voor Children. Deze organisatie komt op voor de rechten van kinderen, dus ook voor kinderen die vreemdeling zijn.

Centraal staat een formulier. Bij de geboorte van een kind kun je dit met een formulier doorgeven aan de IND. Dit is echter niet verplicht. De ouders van Ljowa hebben dit ook niet gedaan. Volgens de toenmalige regels had dit ook geen zin. Ze hadden geen lopende asielzaak, en dan heeft zo’n formulier geen enkele invloed. Martin Vegter formuleert het zo “Het formulier heeft geen enkele juridische waarde”.

Dat is overigens niet zomaar een mening van Martin Vegter. Kamerleden hebben hier een vraag over gesteld aan de staatssecretaris:

  • “Heeft dit formulier juridische waarde”. Nee, zegt de staatssecretaris, “Ik geef toe, dit formulier heeft geen enkele juridische waarde”.

En nu zeven jaar later, is er veel gebeurd. Ljowa en zijn familie zijn nog steeds hier. In Armenië is er oorlog geweest, en hier in Nederland is de kinderpardonregeling afgesproken. Kinderen die meer dan vijf jaar in Nederland zijn krijgen recht op verblijf. En voor een groot aantal kinderen is de regeling een succes. Ze hebben een vergunning, en kunnen hun leven veilig voortzetten. Of pas echt beginnen met leven, zoals veel van hen dat voelen.

Maar Ljowa niet. Wat blijkt: het eerder genoemde formulier ontbreekt. Anderen hebben op grond van dit formulier kinderpardon gekregen. De familie van Ljowa niet. Hadden ze het kunnen weten. Op geen enkele manier. Veranderd het formulier de feiten. Op geen enkele manier. Ljowa woont zeven jaar hier, en zijn wortels zijn overduidelijk. Zijn hele school voert actie voor hem. De Hoge Raad helpt hem niet. Er is een verschil, en de IND mag kennelijk iets doen met dat verschil. Martin Vegter is razend. Willekeur noemt hij het, en onbehoorlijk bestuur. Dat is de ergste belediging die een jurist heeft.

Hoe moeten we dit duiden? Er zijn andere zaken waarbij vergelijkbare spitsvondigheden de reden zijn om kinderen een vergunning te onthouden. Ik noem ze:

  • Nune en Davit, Hun verblijfplaats was drie maanden niet bij de IND bekend. Uiteindelijk bleek het in een brief van een verloskundige te staan.
  • Layam en Karin. De kinderen zijn gevlucht uit Syrië. De IND vond echter een Marokkaanse link in de familie en probeert ze naar dit land uit te zetten.
  • Jacob en Tina. Dezelfde gedachtekronkel, nu vond de IND een link met Armenië.

Ik ga even terug naar het ontstaan van de kinderpardonregeling. Wij hebben daar ook actie voor gevoerd. We waren toen heel blij voor de kinderen. Het was echter ook een deal. Tegenover het recht op kinderpardon, stond een prijs met een concreet aantal. Aan 750 UNHCR vluchtelingen werd de veiligheid ontzegt. Het was handel, het ene mensenleven werd uitgeruild tegen het andere. Het was legale mensenhandel.

En wanneer is een deal een succes, in het hoofd van de dealmakers. Zodra je meer binnenhaalt als je weg moet geven. Dat maakt de kinderpardonregeling voor hen ook een risico. Stel je voor dat er meer kinderen recht op blijken te hebben dan deze 750. Dan heb je de deal verloren. Dat doet het slecht in de beeldvorming.

Mijn gevoel is dat dit soort getallen via de partijkanalen door worden gegeven aan de IND. De IND moet de wet uitvoeren, maar aantallen zorgen voor druk. En dan wordt er gezocht naar ruimte binnen de wet.

Nu is het mogelijk om te gaan denken in schurken en helden. Een schurk bij IND heeft gevonden, dat er voor Ljowa geen formulier was. Goed voor de boekhouding, nu kan er weer een vergunning minder worden uitgedeeld. Maar misschien zijn er ook helden. Iemand binnen de IND, die hart heeft voor deze gezinnen, heeft het formulier gevonden. Misschien is het er niet voor bedoeld, maar kan het een aantal gezinnen helpen. Willekeurig, maar goed voor deze families (en dat horen wij natuurlijk niet in de publiciteit).

Misschien ga ik te ver in mijn verbeelding. We weten niet precies wat er gebeurt. Maar één ding weten we wel, er wordt niet beslist vanuit het belang van het kind. Deze rechtsstaat, die wij met Ljowa delen, beslist niet vanuit het belang van het kind. Soms misschien, maar het is geen zekerheid. Het is willekeur.

Een ander nieuwsfeitje, meer dan duizend kinderen zijn van hun ouders gescheiden, gerelateerd aan de toeslagen affaire. Als wij, als maatschappij, niet opkomen voor de kinderen van vreemdelingen, wordt het ook eenvoudiger om aan de rechten van andere kinderen voorbij te gaan. Op een dag zijn het onze eigen kinderen.

Daarom staan we hier, om te laten zien dat dit niet hoort (onbehoorlijk is), en dit niet ongezien mag gebeuren.

WakeZeist Augustus 2021 – De situatie NU

De moord op Peter R. de Vries heeft Nederland geschokt. Een aanslag op de rechtsstaat. Dat was is in de eerste week de duiding van een aantal politici.

Daarna kwamen de verhalen van andere mensen. We zullen hem missen. Peter R. de Vries was een held. Hij kwam op voor mensen, die het echt nodig hebben. Mensen die in de steek gelaten zijn door het systeem.

Dat is ongemakkelijk. Hier in Nederland doen we alsof het goed geregeld is. Ons ministerie van buitenlandse zaken laat zelfs cursussen over de rechtsstaat maken, om andere landen hier in te onderwijzen. Toch hebben we behoefte aan helden om ons veilig te voelen.

Het is ongemakkelijk. Zelfs een partij als de VVD heeft in haar verkiezingsprogramma staan, dat de overheid een schild moet zijn voor de zwakken. En over vluchtelingen, daar zijn we hiervoor bij elkaar gekomen, staat er, dat er bescherming moet zijn voor de vluchteling die het echt nodig heeft.

Wie heeft het echt nodig? Misschien mensen, die met gevaar voor hun eigen leven, ons informatie geven over een wraakzuchtig regime. In de volkskrant van 24 juli stond een opvallend verhaal. Twee jonge Russische mensen hebben in 2016 in Nederland asiel aangevraagd, of de vlucht voor de FSB, de Russische veiligheidsdienst. Hier in Nederland hebben ze contact gezocht met de recherche, ze bleken uiterst waardevolle informatie te hebben over de MH17. De recherche gaf hun het dringende advies, om hier met niemand over te spreken. Niet alleen zijzelf zouden hierdoor in levensgevaar komen, maar ook hun achtergebleven familieleden. Toch krijgen ze geen vergunning, volgens de IND hebben ze de procedure niet goed gevolgd. Ze hadden dat de uiterst gevoelige informatie gelijk in hun eerste gesprek moeten geven. Twee instanties in Nederland kunnen niet goed samenwerken. Dit stuurt een boodschap naar alle mensen, die in verzet komen, en op zoek zijn naar meer democratie. “Daar, in het vrije westen, is geen bescherming voor jou”.

Wie heeft het echt nodig? Precies hetzelfde geldt voor de tolken die onze militairen in Afghanistan hebben geholpen. Onmisbaar was hun werk, en met hun kennis van taal en de omgeving hebben ze de levens van mensen gered. Maar ook hebben ze hun vertrouwen in ons gesteld, en de Taliban is dat niet vergeten. Nu horen we in het nieuws, dat de ene, na de andere stad bedreigt wordt door de oprukkende Taliban. Deze tolken hebben recht op een vergunning in Nederland. Nederland zegt zijn uiterste best te doen. Toch zijn er minimaal zeventig tolken met hun gezinnen nog steeds niet in veiligheid.

Afghanistan, de situatie wordt snel onveiliger. Vorig jaar was het al het dodelijkste land in de wereld. Toch zette Nederland de afgelopen jaren honderden Afghanen uit, waaronder tientallen kinderen. Defence for Children roept, samen met zes organisaties op om direct met deze uitzettingen te stoppen, totdat de situatie daar duidelijk wordt. De Tweede Kamer is echter met reces, en kan nu niet met indringende vragen de staatssecretaris ter verantwoording roepen.

Nog een herinnering aan Peter R. de Vries. Deze werd gedeeld door Esther van Dijke. In de tijd dat Lili en Howick uitgezet dreigden te worden, bood hij aan dat de kinderen bij hem onder konden duiken. Laat dat voor ons, en onze politici, een voorbeeld zijn. Misschien kunnen we de rechtsstaat als beste beschermen, door ons als de rechtsstaat te gedragen.

Waarom staan we hier; vieren van Keti Koti

Beste medewakers voor het hek,  beste gevangenbewaarders achter het hek, 

Waarom staan we hier, iedere zondag van de maand? 

Vandaag is het zondag 4 juli.  Afgelopen donderdag was het 1 juli,  de viering van Keti Koti. Want op 1 juli 1863 heeft Nederland officieel de slavernij afgeschaft in Suriname. Sindsdien is 1 juli een feestdag met veel muziek en dans in Suriname, maar ook steeds meer in Nederland. Afgelopen donderdag  1 juli is op verschillende scholen in Amsterdam een Keti Koti schoolontbijt gehouden. Op de radio hoorde ik een verslaggever vertellen wat hier de bedoeling van is. Kinderen vertellen aan elkaar bij het ontbijt of en hoe het slavernijverleden in hun eigen families een rol speelt. Om met elkaar verhalen te delen uit de eigen familiegeschiedenis bv dat opa en oma afkomstig zijn uit een gezin van tot slaafgemaakten, helpt om gevoelig te worden voor de slavernijgeschiedenis. Daarnaast is er een petitie gehouden om van 1 juli, Keti Koti, een vrije dag te maken.  

De vraag om de vrije dag, is een vraag om erkenning van het slavernijverleden. En dat roept veel op. Ik hoor gewone Nederlanders zeggen: waarom moeten we daar aandacht voor hebben?  Ik ben daar toch niet verantwoordelijk voor? Kan ik schuld hebben aan iets, waar ik zelf part noch deel aan heb. 

De spanning ontstaat op het punt dat wij gaan beseffen, ervaren,  hoe wij part en deel hebben aan het gezamenlijk slavernijverleden.  We worden in de media, maar ook in de dagelijkse gang van zaken, steeds meer aangesproken, dat we onbewust blijk geven van racisme. Discriminatie, uitsluiting, racisme zijn mechanismen in het menselijk samenleven, die uitbuiting van anderen, slavernij mogelijk maken. 

Dat alledaags racisme heel subtiel ervaren kan worden, heb ik een tijd terug ondervonden in het ziekenhuis waar ik werk. Ik liep van het parkeerterrein door de achteringang het ziekenhuis in; daar kwam ik een transportmedewerker, die ik alleen maar ken uit deze gang, tegen die lekker buiten in de zon zijn pauze hield. Ik groette hem vriendelijk en liep verder. Toen ik na een uurtje weer terug liep naar mijn auto, zat deze collega daar weer.  Ik groette hem,  waarop hij zei:  ja ik zit hier nog steeds,  ik ben zeker lui. Ik vond het een vreemde reactie,  waarop ik mij realiseerde dat hij, een zwarte collega, uit Curaçao,  dit alleen maar zei,  omdat hij zwart is,  en ik wit en dat  hij uitsprak wat hij dacht dat ik wel zou denken.  Het voelde even heel ongemakkelijk, want ik ging me verdedigen:  ik groet je alleen maar!  

Keti Koti,  verbreek de kettingen. De PKN heeft een racisme werkgroep opgericht, om het bewustzijn van ons eigen aandeel m.b.t. racisme en discriminatie te vergroten. Vanwege de herdenking van het slavernijverleden is door Bianca Groen Gallant en Andreas Wohle een interview gehouden een Lutherse predikant  Sonny Hof. Hij komt uit Suriname. Ik lees een paar stukjes over uit dit interview. 

Sonny Hof groeide op in Suriname en kwam later naar Nederland om theologie te studeren. “Ik hoor bij wat je zou kunnen noemen de Surinaamse samenleving, door mijn komaf.” Zijn grootmoeder, geboren onder het Nederlandse koloniale slavernijregime, was belangrijk in zijn opvoeding. “Zij heeft onbewust bepaalde dingen aan mij overgedragen, waarvan ik mij later realiseerde dat ze direct te maken hebben met het slavernijverleden.” Als kind gaf zij hem vooral mee om gehoorzaam en nederig te zijn, naar het gezegde ‘sakafasi sa de na krosi fu yu skin’. “Zij gedroeg zich nederig ten opzichte van de blanke en ieder van wie zij zich de mindere voelde. In die wereld heb ik mij een mentaliteit eigengemaakt, waarden geïnternaliseerd, waarvan ik mij later realiseerde dat dit met het slavernijverleden te maken heeft. Daar moet je van los zien te komen.”

“Mij wordt weleens gevraagd of ik mij thuis voel in de Nederlandse samenleving, en dan zeg ik: nee. Ik ben overgeplant. In de woorden van Fanon: ik ben nergens ergens. Niet thuis in de Nederlandse samenleving en als ik naar Suriname ga ben ik daar een Hollander. Thuiszijn is er niet.” Wat Nederlanderschap betreft is Nederland nog steeds geen inclusieve samenleving, weet Hof. Dat blijkt al uit de beleidstermen waarmee de Nederlandse overheid hem in de loop der jaren heeft aangeduid: ‘allochtoon’, ‘nieuwe Nederlander’, ‘Nederlander met een migratieachtergrond’. “Op papier ben ik altijd Nederlander geweest, maar daarnaast ook tweederangsburger, doordat je te maken hebt met een samenleving die je op grond van je afkomst buitensluit. Dat beleid riekt naar apartheid, je zet mensen apart. Niet bewust, maar het leidt tot scheiding in de samenleving. De maatschappelijke gevolgen hiervan die veelal tot de normaliteit van de Nederlandse samenleving behoren zijn onmiskenbaar, licht Hof toe. Discriminatie op de arbeidsmarkt door uitzendbureaus, op de woningmarkt, et cetera.”

De roeping die voortvloeit uit communio sanctorum, de gemeenschap van Heiligen, werkt hierin volgens hem bijzonder heilzaam. “Dat betekent in de eerste plaats dat je één gemeenschap bent, dat je niemand buitensluit, dat je inclusief bent.” Hieruit volgt een gemeenschappelijk gedeelde verantwoordelijkheid voor iedereen, wit en zwart, die elkaar vinden in het algemeen priesterschap der gelovigen. Het gehoor geven aan die roeping dient niet alleen een plaats te krijgen in het gezamenlijke gemeenteleven in de kerkgemeente, maar moet vooral ook daarbuiten in de samenleving plaatsvinden. Tot zover dit interview. 

Op dit moment wordt in Brussel een hongerstaking gehouden door mensen zonder papieren. Tweehonderd mensen zijn 40 dagen geleden begonnen, het zijn er nu 475. Het zijn vluchtelingen die geen officiële papieren kunnen krijgen; en ondertussen uitgebuit worden in allerlei rotbaantjes. Deze mensen hopen net als wij op een normaal leven, om te ontsnappen aan de armoede,  om een toekomst op te bouwen. Wanneer zij uitgezet worden, belanden ze in kamp zoals hier om op een vliegtuig gezet te worden, naar een land zonder toekomst.  Het is schrijnend dat de staatssecretaris die gaat over de toewijzingen van de vergunning zegt: ik hoop niet dat ze zullen sterven, ik hoop niet te hoeven bewijzen, hoe principieel ik ben. 

Keti Koti verbreek de kettingen. We staan hier omdat we ons bewust zijn, dat de mensen achter het hek net zoals wij mensen zijn met een verlangen naar een toekomst voor hun kinderen, met een verlangen naar een leven zonder armoede, zonder uitbuiting. Wie zijn wij om hen dit verlangen te ontnemen?  Het bewustzijn vergroten ten aanzien van ons gezamenlijk slavernij is helpend om de mechanismen van uitbuiting en uitsluiting onder ogen te zien.  Ons geloof overbrugt alle tegenstellingen, er zijn geen insiders of outsiders in de kerk, en daarmee ook niet in de wereld buiten de kerk. Keti Koti, verbreek de ketenen!

Simone Visser – 4 juli 2021

Wake 7 maart 2021

Waakt, waakt, waakt. Uitgesproken op de Wake bij Kamp Zeist, 7 maart 2021.

Een tien dagen geleden, herdachten we de februaristaking van 1941 tachtig jaar geleden al. Met de oproep, Staakt, Staakt, Staakt, legden duizenden dappere mensen het werk neer om te protesteren tegen de Duitse bezetter. Het was een protest tegen de Jodenvervolging. Ik keek thuis naar de plechtigheid bij het beeld van de Dokwerker in Amsterdam. Door Corona mocht er geen publiek bij zijn. Burgemeester Halsema had het over Mientje ten Dam een naaister die met haar collega’s gingen staken, daarmee duidelijk maakte, dat het niet alleen de mannen waren die staakten. Schrijver en historicus Geert Mak had het over dat er ook nu nog en
misschien wel meer, racisme, neofascisme dus vreemdelingenhaat aanwezig is. Goed dat we dit jaarlijks herdenken. Tegen een tweedeling in de maatschappij. Heel veel politieke partijen waren aanwezig met de vorm van bloemen en kransen. Jawel, uit solidariteit, tegen tweedeling.

Maar waarom laten veel van die politieke partijen anno 2021 zo’n halfslachtig vluchtelingenbeleid in hun partij programma’s zien? De ogen sluiten voor de vrouwen en kinderen die weg willen van oorlog, armoede en honger. Vluchtelingen die vaak de vrijheid niet halen en met duizenden verdrinken in de Middellandse Zee. En als je al de overkant haalt, terecht komt in een kamp als Moria in Griekenland. Geen hygiëne, geen goed onderdak, uitzichtloos! En wij westerse wereld open het af. Op 15, 16 en 17 maart mogen we weer kiezen. In vrijheid stemmen, het mooiste van de democratie. Maar waarom hebben die partijen geen echte heldere paragraaf over vluchtelingen. Waarom zeggen we niet spontaan, als je vervolgt wordt, honger hebt en onder geweld lijdt zorgen we voor onderdak, eten en werk. Waarom is het pappen en nathouden bij de meeste politieke partijen.

Luister naar Noor, een 22-jarige journalist uit Iran, die vervolgd werd omdat hij de waarheid schreef. Gemarteld en dus wel vluchten moest toen de kans zich voordeed. Maar toen terecht kwam in kamp Moria waar nog meer van zijn menswaardigheid werd afgenomen. Stank, slapen op de grond, leven als een beest. Met geluk komt hij in Nederland terecht, maar moet wel twee jaar op een procedure wachten. En God zij dank, hij mag blijven, maar ziet anderen na jaren wachten teruggestuurd worden. Noor mag opnieuw beginnen. Maar heel veel anderen niet en blijven zo uitzichtloos leven.

Dus mensen nog aan toe in Nederland als je straks gaat stemmen denk aan de mensen in Kamp Moria, in Kamp Zeist. Hoe humaan is uw partij? Met kamp Moria in gedachten is het toch logisch dat we hier nog elke eerste zondag van de maand met een wake staan. Nu ook met de actie ‘Lopend Vuur’ op weg naar verkiezingen met een humaan immigratiebeleid. Humaniteit, barmhartigheid. De hongerige eten geven, de zwakken beschermen, de vreemdeling herbergen. In de bijbel in Mattheus 25 zegt Jezus,’Ik was vreemdeling en gij hebt mij opgenomen’. Het gaat hier om een boodschap een opdracht. Wees humaan! In februari 1941 kwamen de stakers op voor vervolgde medeburgers in bezetting tijd. Het minste wat wij dan kunnen doen in vrijheid is opkomen voor de medewereldburgers de vluchtelingen. Waakt, waakt, waakt.

Gijs Wildeman, 7 maart 2021- Bron: Vluchtelingenwerk Nederland

Situatie Nu september 2020

Situatie in Griekenland

Dat de vluchtelingen kampen in Griekenland uitpuilen lezen we al een aantal jaren in de krant. Voor de gezinnen met kleine kinderen en voor de tieners zonder ouders in het kamp is de situatie wel heel schrijnend. De Europese landen blijken weinig bereid te zijn om de overvolle eilanden Moria en Lesbos te ontlasten. Wel is de Griekse regering in actie gekomen om de asielverlening te versnellen. Hun nieuwe vluchtelingenwet is in juni van dit jaar van kracht geworden. Dat heeft een enorme uitstroom op gang gebracht. Binnen een maand tijd hebben 11.000 vluchtelingen asiel gekregen. Binnen een maand moesten zij de eilanden verlaten.
Hoera zou je zeggen! Eindelijk feest voor deze nieuwe statushouders. Maar helaas wonen nu velen van hen zonder voorzieningen op de straat in Athene, zelfs met kleine kinderen. De foto’s in de krant hebt u wellicht gezien deze week. Deze nieuwe situatie biedt helaas nog steeds geen echt perspectief. “Had ik dat asiel maar nooit gekregen”, was de noodkreet in de krant .
 De Griekse regering kijkt intussen naar de Europese landen. Waar blijven jullie met jullie aandeel in de oplossing? Nederland heeft steun toegezegd voor de opbouw van voorzieningen voor de nieuwe statushouders maar dan wel in Griekenland en niet in Nederland. Wat is er al gerealiseerd? Het Fries Dagblad 3 sept (afgelopen donderdag) geeft de huidige stand van zaken als volgt weer

Nederlands Dagblad

Er is echter tot nu toe geen meerderheid in de 2e Kamer om een stap verder te gaan en weeskinderen uit Griekenland in Nederland toe te laten en onderdak te bieden. Op het niveau van de  gemeenten is al veel meer bereidheid om opvang te bieden. Ook in Zeist en Culemborg hebben de gemeente besturen ingestemd om opvang te bieden. Zij wachten een positief besluit van ons kabinet af.
Het vuurtje is deze week extra aangewakkerd door een petitie van predikanten, pastors en andere voorgangers gericht aan het CDA en de ChristenUnie in de 2e kamer om te pleiten voor opvang van kinderen uit de vluchtelingenkampen op Lesbos. Bijna 900 voorgangers hebben de petitie ondertekend.

Ook paus Franciscus blijkt ook geïnteresseerd mee te kijken naar deze petitie Dat meldt een medewerker van de pauselijke werkgroep voor migranten en vluchtelingen vangen. Zal de aanhouder uiteindelijk toch winnen om het kabinet over de streep te trekken?     Misschien niet zonder vasten en bidden!

Situatie in Zeist

Hoe staat is het nu met de vluchtelingen hier in Kamp Zeist? Het aantal gedetineerden bedroeg bij vorige wake nog maar 10 vrouwen. Er zijn nu geen kinderen hier. Deze vrouwen zitten hier al lang en hebben geen uitzicht op asiel. Bezoek is gelukkig wel toegestaan als de vrouwen dit aanvragen. Kerkdiensten worden gelukkig elke zondagmorgen hier op het terrein gehouden. De verbondenheid met de kerken uit de omgeving komt tot uitdrukking in de bloemen die in de kerk staan. De Bergkerk in Amersfoort heeft vandaag voor de bloemengroet gezorgd. Na afloop krijgen de mensen een bloem mee als zichtbaar teken van verbondenheid.  

Nieuw is dat er sinds enkele weken 20 mannen overgeplaatst zijn van het detentiecentrum Nieuwegein naar Kamp Zeist in verband met een verbouwing in Nieuwegein. De huidige geestelijk verzorger Violette van Liebergen heeft medegedeeld aan Jan van de Berge hier aanwezig, dat zij de 20 nieuwkomelingen ook bij de bloemengroet wil betrekken. Een bijzondere vorm van welkom heten!

SOS Moria

Dyar band #SOSMoria

SOS Oproep van Europese artsen: breng vluchtelingen Griekse eilanden in veiligheid.

Wij, artsen van Nederland/Europa, roepen de leiders van onze overheden en de Europese Unie op om de vluchtelingen in Griekenland per direct in veiligheid te brengen.

De afgelopen jaren zijn de vluchtelingenkampen op de Griekse eilanden overbevolkt geraakt. De corona epidemie die in de kampen dreigt aan te komen zal catastrofale gevolgen hebben voor de vluchtelingen, ook voor de Griekse inwoners en de rest van onze Europese samenleving.

Het is een illusie dat een corona uitbraak in deze kampen zou kunnen worden gecontroleerd. In de kampen wonen in totaal 40.000 mensen op een paar vierkante kilometer. Er is nog slechts een handjevol artsen aanwezig. De vele kinderen en volwassenen worden ook nu al geteisterd door fysieke en mentale trauma’s.

Als Europa nu wegkijkt kan deze situatie ontaarden in een medische ramp, en die kan een fatale uitwerking hebben op de normen en waarden van de gezondheidszorg van Europa.

Hiertegen moeten we de vluchtelingen, de Griekse bevolking die al jarenlang klem zit, en onze gehele Europese bevolking beschermen.

Wij artsen hebben een eed afgelegd waarin we beloven medische zorg te verlenen aan ieder individu ongeacht persoon en afkomst. Als Europese dokters zijn we verplicht om er alles aan te doen deze medische catastrofe te voorkomen.

De leiders van de Europese Unie hebben vier jaar geleden ook een belofte gedaan: elk land zou een vastgesteld aantal vluchtelingen opnemen vanuit Griekenland en Turkije. Geen enkel EU-land is deze afspraak nagekomen. Om de vluchtelingen naar kampen op het Griekse vasteland te verhuizen is niet genoeg; ook deze kampen zitten overvol.

Wij roepen alle leiders van de EU op om de afspraak, die in 2016 gemaakt is, na te komen en vluchtelingen volgens de eerder gemaakte afspraken op te nemen in hun land om deze medische ramp op Europese grondgebied te voorkomen.

Is getekend door initiatiefnemers

Sanne van der Kooij, gynaecoloog & Steven van de Vijver, huisarts

Ook gesteund door:

  • Prof Dr. Gerlach Cerfontaine – Voorzitter VvAA
  • Marcel Levi – University College London Hospitals
  • Prof Dr. Louise J. Gunning-Schepers – Universiteitshoogleraar Universiteit van Amsterdam, Kroonlid SER, Chair Schiphol Group
  • Prof Dr. Hans Romijn, voorzitter RvB AUMC
  • Prof Dr. Ivan Wolffers – Emeritus Hoogleraar Amsterdam UMC -Vrije Universiteit van Amsterdam, schrijver
  • Prof Dr. Maria van den Muijsenbergh – Hoogleraar Radboud UMC en Pharos
  • Emma Bruns, chirurg en publicist
  • Prof Dr. Maurice vd Bosch, voorzitter RvB OLVG
  • Prof Dr. Peter van der Voort, hoogleraar UMCG en Eerste Kamerlid D66
  • Prof Dr. Charles Agyemang, hoogleraar AUM
  • Prof Dr. Henry Ascher – Hoogleraar Universiteit van Gothenburg, Zweden

Situatie Nu juni 2020

Na twee maanden wake onder Corona, zijn we vandaag alweer met 20 mensen. Dat was goed. foto wake op 1,5 meter, Klaas Eikelboom

Er wordt nog steeds actie gevoerd voor de toelating van kinderen uit kamp Moira. Onze regering vindt dat opvang van tientallen kinderen in groepshuizen in Griekenland, met Nederlandse ondersteuning bij gastouders een oplossing die veel structureler is dan het verplaatsen van 500 kinderen naar nederlandse gezinnen en gemeenten die hun inzet al hebben getoond. De petitie kan nog steeds getekend worden bij o.a. stichting vluchteling.

Er wordt ook wereldwijd veel actie gevoerd tegen politiegeweld tegen mensen omdat ze niet wit zijn. Lijkt me simpel. Zelfs de minister president raakt een beetje beïnvloed dus het is zinvol.

Iets anders , minder simpel.

Op verzoek van staatssecretaris Broekers-Knol heeft de Adviescommissie voor Vreemdelingenzaken (ACVZ) onderzoek gedaan naar hoe de IND zo goed mogelijk kan omgaan met bronnen van landeninformatie. Landeninformatie is de informatie over de algemene- en mensenrechtensituatie in de landen van herkomst van asielzoekers. Deze informatie is van belang voor een goede beoordeling van asielverzoeken door de IND, voor de asielzoeker om eventueel te procederen en voor de rechter om een beslissing te nemen.

De IND gebruikt meestal de ambtsberichten van het ministerie van Buitenlandse Zaken waarin de situatie in die landen wordt beschreven. Maar er zijn niet steeds voor alle landen (actuele) ambtsberichten beschikbaar. Dat roept de vraag op hoe hiermee om te gaan.

Als er geen actueel ambtsbericht is, gebruikt de IND informatie van andere overheden, van NGO’s nieuwszenders en websites. Al met al is het gebruik van informatie vaak willekeurig van aard, vindt ACVZ. Ook is de IND niet transparant en is de gebruikte informatie slecht herleidbaar. Verder wordt er onvoldoende getoetst of de bron betrouwbaar is.

Dit alles kan de oorzaak zijn dat mensen hier terecht komen, en in het onveilige land van herkomst.

Het hele onderzoek en aanbevelingen vindt u op de site van de Adviescommissie voor Vreemdelingenzaken. Dit lijvige rapport kan een verandering zijn voor de werkwijze van de IND.

Detentiecentrum Zeist is veel drukker geworden, zoals u opgemerkt zult hebben. Dat komt niet door meer vreemdelingen, maar door de opening van een ander gebouw waar de overloop van kortdurende straffen in Nieuwegein . In vreemdelingendetentie zitten slechts 6 vrouwen.

Er zijn heel veel mensen vrijgelaten uit vreemdelingendetentie toen de Coronamaatregelen werden ingevoerd. Maar nog steeds niet iedereen, ondanks de roep van advocaten, Amnesty en organisaties voor vreemdelingen. Je zou zeggen dat uitzetten vrijwel onmogelijk is, maar bijkbaar ziet men nog steeds mogelijkheden.

In een brief van Minister Grapperhaus aan de Tweede Kamer staat dat de coronamaatregelen in detentiecentra hetzelfde blijven na 19 mei 2020. Er is voorlopig nog geen einddatum in zicht, wat ertoe leidt dat de stress onder ingeslotenen van het Detentiecentrum Rotterdam toeneemt. Al sinds 9 maart 2020 zitten ingeslotenen minimaal 20 uur op cel, kunnen geen bezoek ontvangen en zijn er weinig activiteiten. We hopen dat er snel verandering komt in de inhumane omstandigheden waarin ingeslotenen zich momenteel bevinden.

Kleed l‘espoire van Isabel Ferrand

Elke dinsdag komt beeldend kunstenaar Isabel Ferrand naar het Detentiecentrum om naailes geven aan de vrouwen die ingesloten zijn. Ze doet dit omdat ze erg geraakt is door de situatie van de vluchtelingen en dit haar manier is om haar betrokkenheid te tonen. Over deze naailessen zegt ze;

‘Zodra ik daar ging zitten met een tas vol lapjes en een naaimachine gebeurde er wat. Meteen waren er vrouwen die gingen meedoen. Als je samen met je handen bezig bent vallen taalbarrières weg. Het bijzondere van deze activiteit is dat er iets tevoorschijn komt dat de moeite waard is. De eerste middag al maakt iemand die nog nooit heeft genaaid een mooi tasje. Deze vrouwen hebben nauwelijks nog eigenwaarde over. Ze hebben zoveel ellende meegemaakt en er zijn zulke grote zorgen over de toekomst. Ineens ontdekken ze dat ze iets kunnen, iets heel concreets. De naailes vormt een kleine time out, waarin vrouwen van veel nationaliteiten en culturen elkaar ontmoeten en elkaar vooruithelpen. Het naaien is een bron van vreugde.’

In 2017 vraagt het Museum van IJsselstein aan Isabel om een werk te maken voor een expositie over Weven. Ze vraagt de vrouwen van het Detentiecentrum om op zijden linten in hun eigen taal wensen voor de toekomst te borduren. Van de veelkleurige linten weeft ze een prachtig kleed, dat maar één bezwaar heeft: de vrouwen zelf zullen het nooit kunnen zien. Het idee wordt geboren om een tweede kleed te maken voor het stiltecentrum van het Detentiecentrum.

Aan het kleed l’Espoir, dat afgelopen week in het stiltecentrum is opgehangen, werd gedurende enkele maanden door vele vrouwen van binnen en buiten het Detentiecentrum gewerkt. Op zijden stroken staan in tenminste 15 talen talloze wensen geborduurd. Het is aangrijpend om te lezen hoe de wensen van de ingesloten vrouwen ver boven hun eigen situatie uitreiken. Ze hopen op een leven zonder angst voor alle mensen. Ze borduren een wereld vol vrede voor iedereen. Naast vrede in alle talen komen de woorden liefde en hoop het vaakst voor. Twee woorden raken onmiddellijk het hart: You matter. Jij doet ertoe!

De laatste middag dat er aan het kleed wordt gewerkt schuift een Pakistaanse vrouw aan tafel aan. Ze is kort geleden met haar gezin opgepakt en zal de volgende dag in alle vroegte naar Polen worden uitgezet. Daar kwamen ze Europa binnen. Het christelijke gezin Israël is uit Pakistan gevlucht na de moord op hun achtjarige dochtertje. In Pakistan zijn ze hun leven niet zeker, dus als Polen ze terugstuurt… De angst is groot. Het is 4 maart 2018. Buiten voor het hek voegt een groep verslagen mensen uit Epe zich bij onze wake. De familie woonde anderhalf jaar in Epe en was daar goed bekend. Binnen borduurt mevrouw Israël een dankwoord aan alle mensen die het gezin hebben gesteund en opgevangen. Eerst in het Urdu en dan in het Engels. De gedachte dat haar woorden voorgoed in het kleed zullen zijn opgenomen is een grote troost. Zo kan de familie voor altijd laten weten wat zij zelf in Epe hebben ervaren: You matter!

Tekst uitgesproken bij de 150ste wake voor Detentiecentrum Zeist

8 april 2018